Het coronavirus COVID-19 heeft intussen wereldwijd ongenadig toegeslagen. Ook België en Vlaanderen worden niet gespaard.  In een poging dit virus de kop in te drukken en de schade in te dijken, werden inmiddels diverse noodmaatregelen afgekondigd door de federale en Vlaamse regering. Deze zijn noodzakelijk, maar zullen onvermijdelijk gepaard gaan met een aanzienlijke economische kostprijs.

Tal van ondernemers zien hun inkomsten intussen grotendeels of zelfs volledig wegvallen, terwijl de kosten en facturen blijven binnenstromen.

Inmiddels is het duidelijk dat niet alleen de horeca, maar ook veel andere sectoren de financiële gevolgen van deze ongeziene crisis zullen voelen.  

Voornamelijk kleine zelfstandigen en KMO’s zullen het zwaar te verduren krijgen. 

De steunmaatregelen zoals die momenteel werden aangekondigd, zoals de hinderpremies, het tijdelijk uitstel van 2 maanden voor indiening van BTW-aangifte, uitstel van betaling van bedrijfsvoorheffing, belasting en sociale bijdragen,… zullen in vele gevallen wellicht ontoereikend zijn.

Tot op heden is er amper berichtgeving om ondernemers te ondersteunen. 

Nog minder om hen wegwijs te maken in de acties die zij vandaag al kunnen nemen om hun bedrijf te beschermen. 

Ook wij als advocatenkantoor worden overstelpt door vragen van ongeruste ondernemers die niet weten hoe lang zij kunnen overbruggen en (terecht) vrezen voor het voortbestaan van hun bedrijf.  Dit vormt dan ook de reden van dit bericht.

Er bestaat een ‘nood’procedure die bescherming aan ondernemingen kan bieden.

Het betreft de zogeheten procedure “gerechtelijke reorganisatie”, die thans nog te weinig bekend blijkt bij het grote publiek. Deze procedure kan ondernemingen tijdelijk de nodige bescherming bieden tegen hun schuldeisers (banken en/of investeerders, leveranciers, verhuurders,…) om hen de kans te geven een gezonde doorstart te maken. 

In essentie komt het erop neer dat men na de gerechtelijke toelating tot deze procedure, enkele maanden tijd krijgt om de onderneming te herstructureren en een herstelplan uit te werken. Gedurende deze periode hoeft de onderneming in kwestie haar opgebouwde schulden niet te betalen (deze worden tijdelijk geschorst) en is zij beschermd tegen een faillissement.

Het herstelplan voorziet dan in een gespreide afbouw van de schuldenlast, waarbij mogelijk zelfs een gedeeltelijke kwijtschelding kan worden gevraagd. 

Belangrijk is wel dat uw onderneming op tijd actie onderneemt en hulp zoekt.  

Wachten tot alle rekeningen op of onder nul staan is absoluut te vermijden!  

Ook hier geldt:  gebruik uw gezond verstand en laat u bijstaan in het vinden van een gepaste oplossing. 

Ontdek meer